Mijn kindje met een extraatje, zo noem ik haar altijd. Een temperamentvol extraatje.
Al van kleinsaf aan was duidelijk dat Eline een pittig dametje was. Eentje met karakter. En dat resulteerde in veel huilen, ontelbaar veel driftbuien en tonnen frustratie, van beide kanten. Momenten waarop ze totaal niet meer voor rede vatbaar was, en compleet over de rooie ging. Driftbuien van wel 45 min lang, soms tot 3 à 4 keer per dag. Elke dag opnieuw. Buien waarin ze echt in zichzelf gekeerd was van woede. Autoritten van en naar school tijdens welke ze krijste. Van begin. Tot eind. Vaak wist ze op het einde zelf al niet meer waarom ze zo driftig was en kwam ze mij snikkend vragen of ze mocht ophouden met huilen. Waarna ze op enkele seconden tijd weer kalmeerde. Als een ballon die leeggeprikt werd.
Mijn kind had het moeilijk, en ik had het gevoel dat ik totaal machteloos stond. Want wat ik ook probeerde, het hielp niets. In de hoek zetten, praten met haar, afzonderen, boos worden, op mijn schoot vasthouden, negeren,… Ik had alles geprobeerd wat ik kon bedenken. Op een bepaald moment beheerste het echt ons dagelijkse leven, en stond ik op het punt om hulp in te roepen omdat ik merkte dat het zo niet meer verder kon. Dat ik zo niet meer verder kon. Dat ik de time-out weer invoerde. Niet om haar te kalmeren, maar omdat ik zelf even tijd nodig had om te bekomen. Want zo’n buien vreten niet alleen aan je peuter, maar ook aan jezelf. Het bijzondere was dat die driftbuien enkel thuis plaatsvonden. Nooit op verplaatsing, nooit op school, en nooit in het bijzijn van andere mensen.
En toen beterde het langzaamaan. Werden de buien minder frequent, en minder hevig. Bijna 2 jaar lang was het beter. Natuurlijk waren er nog discussies. En ontplofte ze soms voor een (in onze ogen) detail. Maar ze werd ouder, was meer voor rede vatbaar, én kon beter uitdrukken wat het probleem was. Tot halfweg augustus ongeveer. Ik zou in september weer starten met werken, na een lange sabbatperiode van bevallingsverlof, ouderschapsverlof en loopbaanonderbreking. En tegelijk met het schoolwerk staken ook de driftbuien weer de kop op. En de angst. Dat het weer zou worden zoals vroeger.
Geheel toevallig kwam ik toen op dit artikel uit, waarin opvoeddeskundige Eva Bronsveld tips geeft hoe om te gaan met temperamentvolle kinderen. Ik klikte door naar haar site en botste uiteindelijk op een omschrijving die volledig matchte met mijn dochter. Alsof het over haar ging. Toen ik zag dat ze een boek geschreven had over temperamentvolle kinderen aarzelde ik geen seconde. Die moest ik hebben.
En zo blinken er ondertussen 3 gelijkaardige boeken op mijn nachtkastje. Heb ik al verschillende keren met tranen in mijn ogen zitten lezen, omdat ik nu stilaan begin te beseffen dat haar “ongewenste” gedrag vaak in stand gehouden werd door mijn reactie daarop. Omdat ik halstarrig vast bleef houden aan principes waarvan ik dacht dat ze haar zouden helpen om haar gedrag beter te kanaliseren. En ik wil daarmee niet alle “schuld” op mij nemen. Maar het deed me wel stilstaan bij het feit dat de sleutel tot de oplossing bij mij lag.
In een van de boeken die ik aan het lezen ben, kwam ik het volgende tegen, en dat omschrijft het naar mijn gevoel helemaal.
Het lastige gedrag is er. Zoals de wind waait. Het is aan ons om te bepalen wat we met die natuurkracht doen. Wij bepalen niet de wind, we bepalen ook niet de windrichting, maar we bepalen wel hoe we ermee omgaan. Als het stormt kan je windschermen plaatsen, maar je kan ook windmolens bouwen.
Ik heb al verschillende tips uit die boeken gehaald. Maar bovenal vind ik het ontzettend bevrijdend om te lezen dat mijn dochter niet het enige temperamentvolle kind is, en dat er ouders zijn die net als ik soms wensten dat hun kind met een handleiding ter wereld was gekomen. En nee, we zijn er nog niet. Maar we zijn op de goede weg. En dat gevoel op zich is al goud waard.
Heb jij ook een temperamentvol kind? Of kom je beroepsmatig met temperamentvolle kinderen in aanraking? Dan kan ik je volgende boeken aanraden. Ze bevatten geen kant-en-klare oplossingen, want die bestaan helaas niet. Maar ze zitten wel vol eye openers en tips.
– Lastige kinderen? Heb jij even geluk (Berthold Gunster)
– Temperamentvolle kinderen (Eva Bronsveld)
– Het explosieve kind (Ross W. Greene)